Huisvesting en voeding
Alhoewel samengevat in één hoofdstuk zijn goede huisvesting en voeding belangrijke aspecten voor een gezonde veestapel. Hieronder beknopte informatie over onze diensten met betrekking tot huisvesting en voeding.
Huisvesting
Door de toegenomen aandacht voor dierenwelzijn in de afgelopen jaren is huisvesting een steeds belangrijker aspect geworden. Koeien dienen voldoende ruimte te hebben, een goede ondergrond om zich te verplaatsen en de beschikking over voldoende lig- en vreetplaatsen. Buiten het dierenwelzijn heeft dit ook direct invloed op de gezondheid, duurzaamheid en productie van de koeien. Investeren in een optimale huisvesting betaalt zich dus op meerdere vlakken terug. Soms kunnen kleine aanpassingen al enorme verbeteringen geven.
KoeKompas is een handige tool om de huisvesting volgens een vast protocol te beoordelen. Het is niet per definitie de bedoeling om alles strikt volgens de normen te beoordelen, maar om praktische, uitvoerbare verbeteringen aan te dragen waarmee de veehouder zelf aan de slag kan. Dit zorgt niet alleen voor gezonde, duurzame koeien maar vergroot ook het werkplezier.
Voeding
Het rantsoen vormt de basis voor zowel de weerstand, de productie, de klauwgezondheid en de vruchtbaarheid. Een aspect van de melkveehouderij dat absoluut goed voor elkaar moet zijn, om gezonde, productieve koeien te hebben én te houden. Wij kunnen hierin deels ondersteunen door:
- Analyseren van de melkproductie gegevens (MPR)
- Indicaties voor afwijkingen vanuit de voeding (bijv. ketose/pensverzuring)
- Scoren van verschillende koesignalen
- Verloop Body Condition Score (BCS)
- Score pensvulling
- Beoordelen afwijkingen aan vacht/haarkleed
- Beoordelen van de mest van de koe
- Consistentie
- Vertering
- Zeven van de mest
- Rantsoen en restvoer beoordelen
- Controleren mengtijd/laadvolgorde
- Controleren op selectie door middel van de schudbox
Bovenstaande is bedoeld om te analyseren en hiermee gegevens te verzamelen waarmee we vervolgens samen met de voervoorlichter rond de tafel gaan zitten om te bespreken hoe dit verbeterd kan worden. Uiteindelijke aanpassingen van het rantsoen zijn uiteraard het vakgebied van de voervoorlichter, die hierin dan samen met de veehouder een goed onderbouwde keuze kan maken op basis van de bevindingen.
