Er zijn de laatste weken enorm veel gevallen van blauwtong geconstateerd
De NVWA houdt het aantal besmettingen met blauwtong per woonplaats bij. Op de kaart staan alle besmettingen die in 2024 zijn vastgesteld. De aantallen zijn uitgesplitst naar klinisch positief en PCR-positief. Bij klinisch positief zijn de besmettingen geconstateerd op basis van kenmerkende symptomen, zonder dat dit verder onderzocht is in een laboratorium. De PCR positieve meldingen zijn de bedrijven waar middels bloedonderzoek een blauwtong infectie is bevestigd. De teller staat op 8 augustus inmiddels op 713 klinisch positieve en 1546 PCR positieve meldingen.
Op de kaart is goed te zien dat de brandhaard van de infectie langs de oostgrens van het land ligt. Ons werkgebied valt daar helaas ook onder en we zien dan ook veel schapen en koeien met milde tot zeer ernstige verschijnselen. Bij de gevaccineerde dieren zien we helaas ook verschijnselen, maar het lijkt dat deze dieren beter reageren op de behandeling en er minder heftige verschijnselen of sterfte optreedt. De behandeling bestaat uit het symptomatisch behandelen van de aangedane dieren, in eerste instantie met een pijnstiller/ontstekingsremmer. In sommige gevallen is een injectie met een prednison-achtige stof wenselijk, zeker bij behoorlijke zwelling van de kop en voorste luchtwegen. Antibiotica werkt in principe niet tegen het blauwtongvirus, maar kan soms wel worden ingezet tegen bijkomende bacteriële infecties. Dieren die besmet zijn met het blauwtongvirus hebben namelijk een verminderde weerstand, waardoor andere ziektekiemen soms de kans zien om aan te slaan. In een aantal gevallen zien we dan ook dat deze zogenaamde ‘secundaire’ infecties uiteindelijk de dieren fataal worden (denk hierbij bijvoorbeeld aan ernstige longontsteking door een Mannheimia haemolytica infectie).
Op bedrijven waar koeien of schapen besmet zijn met het blauwtongvirus en wanneer er klinische verschijnselen worden waargenomen, is het zaak om nieuwe besmettingen vroegtijdig op te sporen. Afwijkende dieren daarom zo snel mogelijk controleren (temperaturen is hierbij een belangrijke actie) en gepast behandelen kan verdere schade zoveel mogelijk voorkomen. Denk hierbij nog even goed aan het feit dat de zieke dieren vaak zwellingen hebben in de kop en hals, waardoor het eten van hard/vast voedsel soms moeizaam gaat of zelfs voor een fatale verstikking kan zorgen. Vloeibaar of goed geweekt voedsel kan daarom belangrijk zijn om verdere ellende te voorkomen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan geweekte bietenpulp of simpelweg door het inweken van de standaard gevoerde brokken. De ondersteuning van deze dieren bestaat naast pijnstilling verder uit het zorg dragen voor voldoende voer- en wateropname.
Nog dagelijks krijgen wij de vraag of vaccinatie op dit moment nog verstandig is. Hierop kunnen we geen eenduidig antwoord geven. De incubatietijd van blauwtong kan oplopen tot 3 weken, waardoor er niet altijd klinisch zichtbaar een blauwtong infectie in de koppel aanwezig kan zijn. Het vaccineren van zieke dieren wordt afgeraden, om deze dieren niet verder te belasten. Door het doormaken van een infectie bouwt een dier verder zelf ook weerstand op. Wel zien we dat gevaccineerde dieren schijnbaar beter in staat zijn om een infectie met het virus te overwinnen, waardoor vaccinatie zeker een overweging waard blijft. Wanneer je ervoor kiest om toch te vaccineren, is het belangrijk om voor elk schaap of elke koe een nieuwe naald te gebruiken. Een op het oog gezond dier kan namelijk toch het blauwtong virus in het bloed bij zich dragen, waardoor je dit via een naald over kunt brengen naar een ‘gezond’ dier. De normale infectie verspreidt zich immers ook via een stekend insect (de ‘knut’). Schone naalden gebruiken is daarom ook een aandachtspunt bij het behandelen van zieke dieren of in het algemeen bij bijvoorbeeld het geven van een infuus.
In de media wordt nu ook het advies gegeven om schapen een ‘booster’ vaccinatie te geven als vervolg op de eerste vaccinatie. Deze gedachte is in principe goed, om de dieren extra weerstand tegen het blauwtongvirus te laten opbouwen. Echter, het vaccineren van zieke dieren wordt niet aangeraden, aangezien deze dieren al een verminderde weerstand hebben en door een vaccinatie mogelijk nog zieker kunnen worden. Bovendien zullen dieren die een infectie doormaken en hiervan herstellen, normaliter weerstand opbouwen tegen het veldvirus. Enkel bij een geheel gezonde koppel zou dus een ‘booster’ vaccinatie te overwegen zijn, maar zoals gezegd is dit moeilijk te bepalen.
Met betrekking tot de meldingsplicht betreffende blauwtong. De ziekte blauwtong is een meldingsplichtige ziekte, dit houdt op dit moment in dat het via het Meldformulier voor blauwtong gemeld moet worden óf dat er een bloedmonster moet worden ingestuurd om het te bevestigen. Het laboratoriumonderzoek wordt door de overheid vergoed. Het is belangrijk dat een mogelijke besmetting wordt gemeld, zodat de verspreiding goed in beeld kan worden gebracht.
Heb je vragen over blauwtong? Wil je melden dat je de verdenking van blauwtong op je bedrijf hebt? Of wil je advies om zelf aangedane dieren te behandelen? Neem dan contact op met de praktijk zodat we je hierbij kunnen helpen/adviseren.